1992: Verzet tegen het Blok en solidariteit met allochtonen, scheepsbouwers en mensen met HIV
Januari 1992: Het RAF (Roze Aktiefront) steunt de actie De petitie-actie van “Objektief 479.917”, waarmee men tegen 24 november 1992 evenveel handtekeningen wil verzamelen als er Belgen voor de belangrijkste fascistische partijen (Vlaams Blok in Vlaanderen, Front National en Agir in Wallonië en Brussel) hebben gestemd. De petitie bevat slechts één eis: volledige politieke en sociale rechten voor de immigranten, door de automatische toekenning van de Belgische nationaliteit aan allen die 5 jaar wettelijk in België verblijven. Tegen 1 maart wil men de eerste 100.000 handtekeningen binnen hebben.
Maart 1992: het RAF ondersteunt de actie van twee seropositieve homo’s. In de RAF-nieuwsbrief wordt de actie toegelicht: “Bill Mole uit Canada en Ron Reichert uit Amerika wandelen sinds 1988 rond de wereld. Over 2 jaar willen ze 40.000 kilometer afgelegd hebben om met deze ‘Walk for life’ geld in te zamelen voor de strijd tegen AIDS. Bill en Ron zijn zelf seropositief, dus ze weten waarover ze het hebben. Na Canada en de V.S. staken ze over naar Europa, waar ze ondermeer Ierland, Engeland, Spanje Roemenië, Nederland en België aandeden. We hadden het genoegen beide wandelaars bij ons op logies te hebben. Hun enthousiasme en doorzettingsvermogen heeft toen grote indruk gemaakt. We dus blij dat ze binnenkort terugkomen. Na een tijdje in Zuid Afrika en Zimbabwe te hebben rondgelopen komen ze weer naar België. Op zondag 12 april (de dag na de RAF-fuif!) wordt met hen een wandeltocht georganiseerd in Turnhout. Je kan meelopen (5 of 10 km) en je voor je inspanningen laten sponsoren. De opbrengst gaat naar de Vlaams aids Liga, een samenwerkingsverband van de Vlaamse aidsorganisaties”
22 maart 1992: Holebi’s nemen deel aan een grote betoging tegen racisme. De betoging wordt georganiseerd door Hand In Hand, een samenwerking van diverse organisaties. Verslag in de RAF-nieuwsbrief:
De delegatie van homo’s en lesbiennes mocht zeker gezien worden. Heel wat groepen waren present. Achter de spandoek van de Federatie Werkgroepen Homoseksualiteit liepen o.a. mee: het RAF, Het Goede Spoor (Leuven), het Lesbies Doefront en ’t Aksent op Roze (Gent), Antenne Rose (Brussel) en het GOC (Antwerpen). Naar schatting 100 tot 150 homo’s, lesbiennes en bi’s, die met hun bordjes, ballonnen en spandoeken een kleurrijke delegatie vormden. (…) De knutselafdeling van het RAF maakte een reeks bordjes, met daarop “Vlaams Blok is antihomopartij”, “Homoblok tegen Vlaams Blok”, “Homo’s, lesbiennes, biseksuelen en hun kinderen” en “Homo’s, migranten: gelijke politieke en sociale rechten”. We hadden met nog veel méér kunnen zijn, merkte iemand op. En dat is belangrijk. In groep meedoen aan dergelijke manifestatie is inderdaad beter dan individueel op te stappen. Velen hadden ook een sticker van de Roze Zaterdag op hun jas geplakt. Het LACH (Hasselt) en Verkeerd Geparkeerd (Gent) waren er ook maar liepen niet bij het ‘homoblok‘.Van Verkeerd Geparkeerd vernamen we nog dat ze naar Brussel waren gereden in één bus met de Turkse studenten, wat meteen een kans was om met mekaar te verbroeder/zusteren. Onze aanwezigheid is dus allesbehalve onopgemerkt voorbijgegaan.

8 mei 1992: Daags voor de Roze Zaterdag overleed Willy de Bruijne aan aids. Hij was 48 jaar. Willy was een actief vakbondsmilitant en engageerde zich van van begin ’83 tot eind ’85 in het Roze Aktiefront. In een interview met De Janet Van Antwerpen (mei ’85) vertelde hij ondermeer over zijn coming-out als homo op het werk: “Op het einde van de oorlog zijn alle personeelsleden van Ebes (nu: Elecrabel) nog aanwezig in een centrale gefusilleerd, en die worden elk jaar herdacht. Je kent dat, met een plechtigheid, krans neerleggen en zo. Ik vond het passend om bij die gelegenheid een roze driehoek op te spelden. Grote verwarring en wantrouwen bij mijn directeur, met wie ik in andere omstandigheden ook al niet zo’n warme relatie heb. Maar dit wordt elk jaar bijgelegd bij deze plechtigheid. De directeur en ik leggen samen de krans aan het monument. Dit jaar dit aan een andere syndicale afgevaardigde gevraagd. Deze delegee, die de bloemenkrans moest dragen, vond die ‘nogal zwaar’ en vroeg mij om te helpen. We hebben hem samen neergelegd. Daarna heb ik wel een paar keer aan de directieleden uitgelegd wat de roze driehoek betekent en waarom er de letters “RAF” opstaan. Ze dachten eerst dat “RAF” de naam van een nazislachtoffer was.”
Lees het interview met Willy.
Meer over holebi’s in de sociale strijd
9 mei 1992: De Roze Zaterdag wordt een“Roze Waterdag” (toch volgens de cartoonist van P-magazine) in Gent. Uit de RAF-nieuwsbrief van mei 1992:
De Roze Zaterdag van 9 mei jl. had het weer niet mee. Maar los daarvan was het een geslaagde stap in de richting van een actievere en bredere homo/lesbiennebeweging. Tussen de 1.500 en de 2.000 personen namen deel aan de optocht. Minder Nederlanders dan twee jaar geleden maar – en dat is positief – méér Belgen. De uitstraling van 5 mei 1990 zat daar zeker voor veel tussen. Iemand merkte op dat zich stilaan een harde kern begint te vormen van homo’s en lesbiennes die zich op uiteenlopende wijze met de beweging bezig houden en die dat op een Roze Zaterdag samen laten zien. De oproep van de organisatoren om de inhoud van het 10-puntenplatform, onder de ludieke slogan “Mag het iets méér zijn?” in de optocht vorm te geven werd vrij goed opgevolgd. De lesbiennegroep Goudou uit Brugge reed rond met een koets met daarin Sneeuwwitje, die voor de gelegenheid door een zwarte lesbienne werd uitgebeeld. Een passende uitdrukking van antiracisme en het streven naar een samenleving waarin nationaliteit, huidskleur of seksuele voorkeur geen reden zijn tot discriminatie. Het RAF zorgde voor bordjes waarop hetzelfde thema aan bod kwam (“homo’s en migranten, gelijke politieke en sociale rechten”) naast een waarschuwing voor het Vlaams Blok, de antihomopartij. Het RAF had ook bordjes met daarop de slogan “homo’s wonen overal, respecteer hen” in vele talen, waaronder het Marokkaans en het Turks. Een uiting van internationale solidariteit en een duidelijke boodschap naar de migranten: het respect dat we voor jullie hebben, verwachten we ook terug. Het Vlaams Blok profiteert van de kloof tussen de migrantengemeenschap en de homogemeenschap om homo’s, die wèl stemrecht hebben, voor hun kar te spannen. Dat laten we niet gebeuren. Uiteraard kwamen er naast het antiracisme nog veel méér thema’s aan bod: aids, antihomoseksueel geweld, het homohuwelijk… Een ander pluspunt dat niet zichtbaar was maar daarom niet minder belangrijk is het toegenomen aantal medewerk(st)ers dat de Roze Zaterdag mogelijk maakte. De nieuwe generatie, waarop door de ‘anciens‘ al een tijdje gewacht werd, is opgedoken en neemt haar plaats in. De Federatie Werkgroepen Homoseksualiteit (FWH) waar intussen de overgrote meerderheid van actieve homo’s en lesbiennes op een of andere manier mee te maken hebben, heeft zich bij de voorbereiding van de Roze Zaterdag van haar beste kant laten zien. Het mooie weer kwam iets te laat om van 9 mei een volledig succes te maken. Maar het algemene klimaat binnen de homo/lesbiennebeweging evolueert naar beter, warmer, met minder depressies.
Het eisenplatform van de Roze Zaterdag 1992
15 mei 1992: Actie tegen oubollige prof in Leuven. In het TV-programma Alle 5 werden uitspraken over homoseksualiteit in het boek “Wegwijs Gezondheid” gehekeld. Wat er precies staat: “Drang tot seksueel verkeer met een partner van dezelfde sekse. Op volwassen leeftijd soms een vastgeankerd blijven in puberteitsgewoonten, soms als gemakkelijkheidsoplossing (meer vertrouwd zijn met de eigen sekse) bij bestaande vrees of angst voor heteroseksueel verkeer. Soms beleefd als noodoplossing (gevangenis…).Meer voorkomend bij personen met dwangonanie.” Wij schreven daar een stukje over in onze nieuwsbrief en brachten het ook ter sprake op de persconferentie naar aanleiding van de Roze Zaterdag. Walter De Jonge schreef erover in De Morgen. De Makers van de talkshow Zeker Weten probeerden de Leuvense professor Omer Steeno, verantwoordelijk voor de homofobe tekst, in de studio te krijgen, wat mislukte. De man wil blijkbaar met niemand in discussie gaan. Intussen had Steven De Batselier een andere prof aan de universiteit van Leuven gereageerd: “De onzin die in ‘Wegwijs Gezondheid’ verkocht wordt over homoseksualiteit is een universiteit niet waardig”. Minister van tewerkstelling en sociale aangelegenheden Leona Detiège haastte zich, na een vraag van Mieke Vogels (Agalev) en Jan Decorte (Rossem) in de Vlaamse Raad te verklaren: “dat ons beleid inzake preventie gezondheidszorg er niet van uit gaat dat homoseksualiteit als een afwijking moet worden beschouwd, en nog minder als een ziekte. Het is niet omdat mensen met een seksuele voorkeur voor mensen van hetzelfde geslacht een minderheid vormen dat er sprake is van een ‘afwijking.”
Een 20-tal homo’s en lesbiennes gingen op 15 mei op zoek naar professor Steeno op de dienst endocrinologie van het Leuvense Gasthuisbergziekenhuis: medewerk(st)ers van het RAF, De Roze Drempel, Het Goede Spoor, Hagar, FWH en het aidsteam. Gewapend met bordjes met teksten zoals “Ik voel me goed” en “Ik heb de roze koorts” wilden ze hun boosheid over zijn standpunt kenbaar maken. Dankzij de aanwezigheid van de pers (waaronder een ploeg van het VTM-nieuws, die er ’s avonds een kort item aan besteedde) durfden de veiligheidsagenten niets ondernemen. De ‘zieken‘ geraakten niet tot bij de professor, die zich verschanste in zijn bureau. Een delegatie van de actievoerders mocht uiteindelijk kort hun grieven kenbaar maken aan de directie van het ziekenhuis. ’s Anderendaags bracht De Morgen het nieuws op de eerste bladzijde. Gazet Van Antwerpen schreef: “De actievoerders lieten voor hem een pak wetenschappelijke publicaties achter, zodat dokter Steeno zich kan bijscholen.” Opgemerkt actievoerder was John Vincke, socioloog en auteur van het boek Mannen met Mannen. Hij hekelde het standpunt van Steeno als volgt: “Geconfronteerd met de wetenschappelijke bewijslast die er toe leidt dat, in weldenkende en geïnformeerde middens, seks tussen mensen van het zelfde geslacht als een gewone variant van de seksualiteitsbeleving wordt aanzien, stelt zich onvermijdelijk de vraag naar het waarom van de houding van de KUL. Een direct antwoord op deze vraag kan ik niet geven. Ik kan wel de houding van de KUL situeren naast, of binnen een andere stroming in onze samenleving. Het valt op dat de KUL op dezelfde lijn zit als het Vlaams Blok. Op haar Gezinscongres stelde deze groep dat homoseksualiteit een afwijking is en niet als normaal mag worden voorgesteld. Er is een bijkomende overeenkomst met extreemrechts qua gevolgde werkwijze. In haar houding tegenover homoseksualiteit negeert de KUL de wetenschappelijke onderzoeksresultaten van de jongste 30 jaar, om tot uitspraken te komen die in de 19de eeuw thuishoren.”
September 1992: De RAF-nieuwsbrief wordt intussen naar 1.109 adressen verstuurd.
November 1992: Het RAF roept op om – naar aanleiding van de doorbraak van het Vlaams Blok in Antwerpen – de volgende Roze Zaterdag in deze stad te organiseren om duidelijk te maken dat holebi’s zich daar laten verjagen: “Het feit dat enkele duizenden homo’s en lesbiennes in Antwerpen een dag lang nadrukkelijk aanwezig zijn is een onbetaalbaar, niet mis te verstaan signaal naar de publieke opinie en alle politici die, al dan niet met klamme handen, de verkiezingen afwachten.” Het debat over dit voorstel zal uitgebreid gevoerd worden, ondermeer op de Algemene Vergadering van de FWH op 6 februari 1993.
November 1992: de arbeiders van de Boelscheepswerf in Temse bezetten hun bedrijf. Het RAF schrijft hen een brief en gaat kort nadien ook op solidariteitsbezoek.
Lees meer: Holebi’s aanwezig in de Sociale Strijd
Vrijdag 20 november: het RAF organiseert een avond met John Vincke over zijn boek Mannen met Mannen. John Vincke komt zijn nieuwe onderzoek toelichten: “Het doel van het onderzoek is die factoren te achterhalen die het welzijn van homomannen in positieve of negatieve zin bepalen. Onder welzijn valt aidspreventie, coming-out, partnerrelatie, stress enz. In die zin kunnen de gegevens gebruikt worden om meer inzicht te krijgen in het homoleven in Vlaanderen en kunnen projecten ondersteund worden die door het aidsteam of door de homo-organisaties ingediend worden. Op basis van de gegevens van 1989 werd dit trouwens gedaan. Tevens is een gedegen kennis van de leefsituatie van de Vlaamse homoman nodig, om op wetenschappelijke basis een aanvang te kunnen maken met de bijscholing van medewerk(st)ers binnen de gezondheidsdiensten. De homo-organisaties zullen op hun beurt een beter inzicht krijgen in de noden en behoeften van hun doelgroep.”
John Vincke overleed in 2009
Zaterdag 28 november 1992: Op het tweejaarlijkse congres van de koepelorganisatie FWH (Federatie Werkgroepen Homoseksualiteit) werkt het RAF mee aan een workshop over de soms moeilijke relatie tussen de holebigemeenschap en de migrantengemeenschap. Uit het verslag in de RAF-nieuwsbrief van december 1992:
Het spontane applaus tijdens de plenaire zitting voor de Marokkanen die aan het congres deelnamen bewijst dat ook de congresgangers die aan de andere workshops deelnamen deze manier van werken apprecieerden. De workshop was geen droge uiteenzetting van een of andere prof. We hadden gezocht naar een zo concreet en levendig mogelijke aanpak. Na de videofilm over Mehmet Bilgin, een Turkse homo die vrijuit vertelt over zijn leven, werd een rollenspel gespeeld waarin gezocht werd naar racistische reflexen bij homo’s en lesbiennes. Het spel was ontworpen op basis van een gelijkaardige techniek die door de organisatie School Zonder Racisme in scholen wordt toegepast. Dat bleek een goed vertrekpunt voor een discussie, waarin twee vragen kwamen bovendrijven: hoe kunnen we de relatie tussen homo’s en migranten verbeteren en hoe overtuigen we de homo/lesbiennegemeenschap ervan dat een stem voor het Vlaams Blok een stem tegen homo-emancipatie is? Tijdens het plenum werden een aantal opmerkingen geformuleerd. Er is geen migrantenprobleem, zoals er ook geen homoprobleem is. De problemen heten racisme en homofobie. Dat klinkt misschien als taalkundige muggenzifterij, maar dat is het niet: in het woord ‘probleem‘, gekoppeld aan de geviseerde groep wordt de verantwoordelijkheid niet bij de ideologie, maar bij de slachtoffers ervan gelegd. Vele eigenschappen, die vaak ten onrechte alleen aan migranten worden toegeschreven vinden we trouwens ook bij Belgen terug. Er is niet zo veel verschil tussen het denken bij de bezoekers van een migrantenjeugdhuis of een ‘Belgisch‘ jeugdhuis. Vaak komt men, vanuit andere achtergronden en cultuur, tot dezelfde homofobie. Seksualiteit en lichamelijk omgaan met elkaar wordt bij Marokkanen anders beleefd dan bij ons. Een thema dat zeker verdere uitdieping verdient. Wij zien bij hen, vanuit onze cultuur, soms niet goed het verschil tussen uitingen van vriendschap en seksualiteit. Het taboe op homoseksualiteit is een realiteit bij migranten.
De Marokkanen die op het congres waren weten dat ook, en pleiten voor een langzame en geduldige aanpak. Men moet begrijpen dat de migrantengemeenschappen andere prioriteiten stellen: zich handhaven in een racistische maatschappij is immers geen geringe opdracht. Een vormingsactiviteit organiseren in een jeugdhuis over homoseksualiteit is geen eenvoudige zaak. De ouders van de jongeren zullen negatief reageren. Maar er is nog een andere factor: vele jeugdhuizen zijn afhankelijk van geld dat van… katholieke instanties komt. Deze hebben nog altijd de macht. En we weten allemaal wat de katholieke kerk over homo’s denkt. De bewering dat de islam het belangrijkste obstakel is tegen de openheid van migranten over homoseksualiteit is bij deze sterk gerelativeerd. Eén van de Marokkanen merkte op dat de homobeweging wat betreft openheid over enige voorsprong beschikt. Het is inderdaad een feit dat de aanzet tot dialoog door homo’s en lesbiennes is gegeven. Hassan vertelde dat hij, na de Hand in Hand betoging van 22 maart ’92 hij bij de jongeren van zijn jeugdhuis reacties opving over de homo/lesbiennedelegatie. Hij greep dit aan om een homo uit te nodigen in het jeugdhuis. Wat mooi het belang illustreert van als homobeweging consequent en goed zichtbaar aanwezig te zijn op antiracistische manifestaties. Ook dat heeft effect op het denken van migranten over homo’s. Deelnemen aan de antiracistische strijd levert, op voorwaarde dat het openlijk gebeurt, ook wat op voor de emancipatie van homo’s en lesbiennes. Omar vertelde over de persconferentie, die de voorbije zomer werd georganiseerd door de organisatie Mechelen Tegen Racisme: ook de Federatie Werkgroepen Homoseksualiteit werd hierbij betrokken. Dit initiatief, dat de deportatie van de eerste Joden vanuit de Dossinkazerne herdacht, wordt binnenkort herhaald. Hier is de samenwerking tussen homo’s en migranten een feit. In een interview met het holebiradioprogramma Chocopot (Radio Centraal) keek Omar positief terug op het FWH-congres: “Tevoren was ik nooit zo intens in contact gekomen met homo’s. Ik ga een verslag schrijven voor het maandblad van ons jeugdhuis Rzoezie in Mechelen. Toenadering zoeken is een lang proces, omdat je rekening moet houden met de gevoeligheden binnen de Marokkaanse cultuur.”
Naar 1993
Het platform van het Roze Aktiefront (RAF)